<< 30-04-2010 >>
Rotterdam, 29 april 2010 – Veel Nederlandse werknemers zien weinig in verhoging
van de AOW-leeftijd van 65 naar 67 jaar. Meer dan de helft (59%) wil eerder met
pensioen, ook als dat betekent dat het pensioen lager uitvalt of zij zelf een
financiële oplossing moeten treffen. Dat blijkt uit representatief onderzoek van
Aon Consulting.
Dat een voortijdige pensionering tot een lager inkomen
leidt, wordt door 42% van de Nederlandse werknemers voor lief genomen, terwijl
17% bereid is met eigen geld een extra dekking af te sluiten (zoals een
lijfrente). Ruim vier op de tien (41%) werknemers accepteren zonder morren een
verhoging van de AOW-leeftijd.
In vergelijking met andere Europese landen
zijn Nederlandse werknemers het meest geneigd inkomen in te leveren om eerder te
kunnen stoppen met werken. Gemiddeld accepteert slechts 29% van de Europese
werknemers een lager inkomen na een voortijdige pensionering. Zelf iets regelen
om eerder te kunnen stoppen met werken is vooral in Duitsland, Spanje en
Frankrijk populair.
Sector- en leeftijdsverschillen Werknemers
in de vastgoed- en publieke sector accepteren langer doorwerken het meest.
Respectievelijk 62% en 52% vindt werken tot op hogere leeftijd geen punt en
heeft dit al zien aankomen. Werknemers in de bouw (56%) en de detailhandel (52%)
zijn het meest bereid een lagere oudedagsvoorziening te ontvangen in ruil voor
eerder stoppen met werken. Het zijn de juristen die het meest bereid zijn zelf
een financiële oplossing te vinden (43%). Ook treft bijna 30% van de
IT-medewerkers eigen financiële maatregelen om toch te kunnen stoppen op een
leeftijd die zij zelf voor ogen hebben.
Opvallend genoeg vinden oudere
werknemers langer doorwerken minder problematisch dan starters op de
arbeidsmarkt. Zo zegt 41% van de Nederlanders tussen 45 en 54 jaar geen bezwaar
te hebben tegen verhoging van de pensioenleeftijd. In de leeftijdscategorie 18
t/m 24 jaar is dat slechts 30%.
Minder inkomen Nederlandse
werknemers zijn minder pragmatisch in vergelijking met Europese werknemers.
Slechts 17% van de Nederlandse werknemers is bereid met eigen geld een
additioneel inkomen te regelen, om op een zelf gekozen leeftijd te kunnen
stoppen met werken. In de rest van Europa is dit 26%. De Duitse vrouw is
koploper. Ruim 52% geeft aan extra dekking te kopen om het inkomensgat na het
stoppen met werken te compenseren.
“Deze resultaten versterken het beeld
dat een verhoging van de AOW-leeftijd niet automatisch leidt tot een betere
arbeidsparticipatie van ouderen, de beoogde groep om het toekomstig gebrek aan
jongere medewerkers te compenseren,” zegt Mart Vreven, manager pension expertise
center bij Aon Consulting. “Iemands financiële positie bepaalt in grote mate of
er langer wordt doorgewerkt. Gebrek aan financiële middelen kan voor veel
medewerkers de reden zijn om langer door te werken. Dat is een belangrijk
gegeven voor werkgevers. Het vraagt extra inspanningen om die medewerkers
gezond, gemotiveerd en inzetbaar te houden. Verhoging van de AOW-leeftijd gaat
immers ook over inzetbaarheid, gezondheid en het voorkomen en terugdringen van
verzuim.”
Over het onderzoek Het onderzoek onder Nederlandse
werknemers maakt deel uit van de European Employee Benefits Benchmark van Aon.
In totaal werden 7.279 werknemers uit tien landen (Nederland, België,
Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Ierland, Noorwegen, Spanje, Zwitserland en
Groot Brittannië) ondervraagd over hun carrièreplannen.
bron: Eufin
Terug naar historie Particulieren | Terug naar Nieuws Particulieren
|